In de meeste jachten staat de motor geheel of gedeeltelijk onder de waterlijn. Bij een droog uitlaat systeem is dat geen probleem, maar wanneer de uitlaat gekoeld word door zeewater brengt dat risico’s met zich mee.

Als de motor draait produceert hij uitlaatgassen. Deze gassen zetten de uitlaatslang onder druk en worden samen met het koelwater, dat vlak na het uitlaatspruitstuk in de slang wordt geïnjecteerd, overboord geduwd door de uitlaat die boven de waterlijn hoort te zitten. Door de druk die in de cilinders heerst zal er tijdens het draaien nooit zeewater terug naar de motor stromen.

Echter, wanneer de motor gestopt wordt, blijft er zeewater achter in het koelsysteem. De uitlaat slang en de demper zijn gedeeltelijk leeg, dus het koelwater kan uit het systeem richting de uitlaatslang lopen. Hierdoor ontstaat er een onderdruk in het zeewatersysteem ten opzichte van de druk van het buitenwater. Dit drukverschil zorgt er voor dat er langzaam zeewater door de impeller pomp lekt, zeker als de pomp al wat ouder is en de onderdelen versleten zijn. Deze stroom van het zeewater als gevolg van het drukverschil noemen we hevelen. Dit hevelen stopt pas als het drukverschil opgeven is. (Wet van communicerende vaten).

Het drukverschil wordt pas opgeheven als de complete uitlaatslang en demper opgevuld zijn tot op de waterlijn. Aangezien de motor onder de waterlijn staat betekent dit, dat het uitlaatgassen-gedeelte in het uitlaatspruitstuk dan ook water bevat. Hierdoor kunnen de cilinders waarvan op dat moment de uitlaatkleppen open staan vol lopen met zeewater, dat vervolgens langs de zuigers het carter in gaat. Het water kan grote schade aanrichten aan het draaiend gedeelte in het motorblok. Er zijn zelfs gevallen bekend waarin het water langs de peilstok en carter ventilatie in de machinekamer is gelopen met een zinkend schip tot gevolg.

Een eenvoudige oplossing voor dit probleem is het plaatsen van een beluchter. De exacte locatie maakt niet zo veel uit, zolang hij na de impeller pomp en voor het injectiestuk in de uitlaatbocht van de motor zit. Er zijn verschillende uitvoeringen te krijgen, maar het principe is bij allemaal hetzelfde; Bij draaiende motor staat er zeewaterdruk op het koelwatersysteem en als er na het stoppen een onderdruk ontstaat kan er lucht aangezogen worden in plaats van zeewater.

Afhankelijk van de uitvoering kan het zijn dat ze af en toe schoongemaakt moeten worden om te voorkomen dat ze dicht komen te zitten met vuil. Het meest bedrijfszeker zijn de beluchters die tijdens het draaien van de motor een indicatie straaltje overboord spuiten; als er water uit kan, kan er ook weer lucht in en bij problemen zie je dat direct doordat het waterstraaltje er niet is.