Draaiende gedeelte van een scheepsmotor
Zoals de naam al zegt zijn dit de draaiende onderdelen van de dieselmotor en bestaan uit de volgende onderdelen:
Zuigers
Boven de zuiger vindt de verbranding plaats. Hierdoor loopt de druk op en gaat de zuiger naar beneden. Om de druk boven de zuiger te houden zijn er zuigerveren in de zuiger geplaatst. Deze zitten in een uitkeping in de zuiger en drukken tegen de voering.
De functie van de veren is: afdichten, warmte afvoeren en olie schrapen. Er zijn dan ook 2 soorten veren.
De compressieveren zorgen dat de cilinder ruimte wordt afgedicht. De olieschraapveer zorgt dat er zo weinig mogelijk olie in de verbrandingsruimte komt. Beide zuigerveren dragen warmte af aan de voering.
Voering
Voering.
In de voering gaat de zuiger op en neer. In de wand van de zuiger bevindt zich een hoon patroon (kleine groeven). In deze groeven zitten kleine hoeveelheden olie. De olie zorgt voor smering, afdichting en warmte afvoer van de zuigerveren. Na verloop van tijd slijten deze groeven weg. Vooral in het bovenste gedeelte van de voering, omdat hier tijdens de verbranding de meeste druk op de zuigerveren staat. Het hoon patroon kan terug gebracht worden door de cilinderwand opnieuw te laten honen. Hiervoor moet de voering in de gestelde maatmarges van de fabrikant vallen.
Er zijn 2 soorten voeringen: losse voeringen en vaste voeringen. Beide hebben hun eigen voordelen.
Losse voeringen:
Deze voeringen worden het meest gebruikt in de heavy duty motoren (lage ratings). Het is mogelijk deze bussen te vervangen als de maatvoering niet voldoet.
vaste voering:
Dit type voering wordt gebruikt in de hoge ratings motoren. Het voordeel is dat de voeringen dichter op elkaar geplaatst kunnen worden. De motor is een stuk compacter dan een motor met losse voeringen.
Het nadeel van deze motoren is dat wanneer de maatvoering niet voldoet, revisie niet altijd mogelijk is. De vereisten zijn dat er overmaatse zuigers beschikbaar zijn en dat de voeringen verder uitgeboord kunnen worden. Ook is het bij enkele type motoren mogelijk om de bussen uit te boren en er vervolgens een nieuwe bus in te persen. Dit hangt af van hoe dicht de koel/olie kanalen van de bussen lopen.
Krukas
De krukas zorgt er voor dat de door de zuiger(s) geleverde krachten van een neergaande beweging (arbeidslag) omgezet kan worden in een draaiende beweging. Doordat de geleverde energie/beweging van de ontbranding in het vliegwiel komt te zitten( centrifugale kracht) duwt deze kracht de zuiger weer omhoog en ontstaat er weer een volgende slag. Aan het vliegwiel zit de verbruiker in de vorm van een transmissie of bijvoorbeeld een generator. Aan de andere zijde van de krukas bevind zich de distributie. Naast de distributie wordt er vaak ook nog een v-riem en/of Multi riem aangedreven, deze drijft de overige gebruikers aan.
Nokkenas
De nokkenas verzorgt de beweging van de in- en uitlaat kleppen. Deze zet de draaiende beweging van de motor om in op en neer gaande beweging van de kleppen. Dit gebeurt met de nokjes (vandaar nokkenas) deze duwen op het gewenste moment de tuimelaars omhoog waardoor aan de andere zijde de klep naar beneden geduwd wordt.
Een bovenliggende nokkenas staat direct in verbinding met de tuimelaars. Hij wordt bovenliggend genoemd, omdat deze zich aan de bovenzijde van de motor bevindt. De onderliggende nokkenas duwt de tuimelaars door middel van een stoterstang naar boven.
Distributie
In veel marine applicaties wordt er gebruik gemaakt van tandwielen. Deze verzorgen de aandrijving van diverse componenten zoals de nokkenas, brandstofpomp, oliepomp en de waterpomp. Deze kan ook op de multiriem zitten (de waterpomp heeft geen timing).
Naast de tandwieldistributie is er ook nog een andere soort distributie. Namelijk distributie met de riem en ketting. Deze hebben als voordeel dat ze stiller zijn, minder energie kosten tijdens het draaien en goedkoper zijn om te kunnen produceren. Het nadeel van deze type distributie is dat deze kunnen breken en vervanging nodig is.
