EDC is de benaming voor de eerste generatie marinemotoren met een ECU (computer) van Volvo Penta.
De functie van de ECU is het optimaliseren van de processen die de motor uitvoert, daarnaast ook de veiligheid verhogen door middel van het genereren van alarmen of noodloop bij afwijkende sensorwaardes.
Het optimaliseren van de processen word door de ECU gedaan door constant de sensoren uit te lezen. Aan de hand van deze gegevens berekend de computer onder andere hoeveelheid brandstof er ingespoten moet worden en stuurt hierna de brandstofpomp aan. Hierdoor kan er meer vermogen uit de motor worden gehaald en is de motor zuiniger dan bij een motor zonder ECU. Hieronder een scope beeld waarmee de data zichtbaar gemaakt kan worden (het beeld is van een brandstofpomp aansturing/nokkenassensor van een Volvo Penta TAMD75)
Door de ECU is het mogelijk om de motor aan te sturen met elektronische hendels. Het bedienen van elektronische hendels gaat een stuk makkelijker/lichter dan de voorgaande generaties met schakelkabel. Met de elektronische hendels is het aantal bedieningsstations ook makkelijk uit te breiden.
(*)
ten opzichte van een conventionele diesel, latere EVC generaties zijn verder doorontwikkeld en zijn de voordelen nog groter
Bovenstaande storingen komen vaak voor. In sommige gevallen is het vervangen van de potentiometer de oplossing, maar in de meeste gevallen niet afdoende. Neem contact met ons op voor een definitieve oplossing.
Automatisch inschakelen van de motor is zeer gevaarlijk. Volvo Penta heeft hier een campagne voor opgezet. Door middel van een kastje (SPM unit) schakelt de motor niet meer automatisch in voor- of achteruit. Vaak ontstaan hierna foutcodes en gaat de motor in noodloop.
Een ander veelvoorkomend probleem is dat de motor tijdens het varen ineens ongevraagd van toerental veranderd.